We worden geboren. We leven. We sterven. We glijden of vechten ons langs de hoogte- en dieptepunten. We slikken onze tegenslagen en counten onze blessings. Als we inzoomen op het persoonlijke verhaal dan vinden we avonturen, twijfels, zwaarbevochten ontwikkelingen en een levensloop die ongetwijfeld het verfilmen waard is. Maar zoomen we uit, dan blijk je niets meer dan een grijs, niet te identificeren, vervuilend stukje overbevolking in een zee van onbeduidendheid. Er is maar één manier om je aan deze soep van middelmatigheid te onttrekken: prijzen winnen.
De Louis d’Or is de hoogst haalbare toneelprijs voor acteurs in Nederland en Vincent Rietveld wil hem heel graag hebben. De voorstelling is met lof overladen en werd geselecteerd voor het Nederlands én Vlaams Theater Festival, maar Vincent won die felbegeerde Louis d’Or nog niet. Nu zet hij nog één keer alles op alles in een ultieme poging zich met deze trofee te vereeuwigen.
De voorstelling is het eerste deel van een bejubelde trilogie waarin De Warme Winkel mogelijke antwoorden onderzoekt op de overbevolking. In dit satirische stuk onderzoeken we ‘excelleren’ als mogelijkheid: beter zijn dan de rest en daarom geen last hebben van overtolligheidsgevoelens in deze overbevolkte wereld.
Pers
Theaterkrant (Keuze van de criticus)
‘Een even verrassende als ontregelende, even spitsvondige als hilarische voorstelling’
Volkskrant ★★★★
‘Heerlijk theater’
NRC ★★★★
‘Amusante satire’
Dagblad van het Noorden ★★★★
‘Serious business vermomd als hilarisch entertainment’
Volkskrant
‘De voorstelling van Rietveld markeerde, blijkt nu, een keerpunt in het Nederlandse theater.’
Het Parool
‘Vincent Rietveld excelleert in meeslepend toneelspel’
Credits
concept, tekst en spel Vincent Rietveld
tegenspel Mirthe Labree, Adina Macpherson, Lisa Schamlé, Rob Smorenberg, David Westera
eindregie Bianca van der Schoot
script coaching Joachim Robbrecht
bühne André Pronk
kostuums Bernadette Corstens
muziekontwerp Gerry Arling
techniek Manuel Boutreur, Rutger Bouwman
productieleiding Lena Meijer
coproductie Grand Theatre Groningen
met ondersteuning van Stichting Melanie, Dioraphte, Lirafonds, Amsterdams Fonds voor de Kunst, Fonds Podiumkunsten
met dank aan Kim Karssen